Kruiden en IS met een werking naar het bewegingsstelsel

  1. Beschrijf 5 planten met een werking naar het bewegingsstelsel:

    a.      Botanische naam

    b.      Gebruikte plantendeel

    c.       Werking

    d.      Hoofdinhoudsstoffen met hun werking

    e.       Vb. van een aandoening

  2. Benoem 3 planten die je kan inzetten bij rheumatische klachten.
  •  Licht hun werking toe op basis van hun inhoudsstoffen.
  • Welke zijn 3 veel voorkomende reumatische aandoeningen?
  • welke ondersteunende voedingsadviezen kan je geven (3)?
  1. Verklaar welke rol kruiden met een kalmerende werking kunnen hebben naar het bewegingsstelsel.
  2.  
  3.  
    Naam plant Naam NL Gebruikte deel
    Arnica montana .................................... capitulum
    Chamomilla recutita echte kamille .........................
    Carica papaya papaya ............................
    Curcuma longa ......................... radix
    Centaurium erythrea duizendguldenkruid .............................
    ............................... heermoes herba
    Filipendula ulmaria moerasspirea ........................................
    ............................... duivelsklauw radix
    .............................. echte lavendel capitulum
    Populus nigra zwarte populier ..........................
    Ribes nigrum zwarte bes ........................
    ......................... schietwilg

    cortex

    1.  
  4. Wat denk je als herborist van volgende beweringen? Argumenteer waarom ze correct of foutief zijn.
  • Planten met een diuretische werking kunnen verlichting bieden bij reumatische klachten 
  • Ribes nigrum,folium is kraakbeenherstellend
  • Curcuma longa mag je aanwenden bij galstenen
  • Arnica mag niet inwendig worden genomen,maar wel bij kneuzingen met open wond
  • De bioactive vorm van salicylaatverbindingen in planten (saliylzuur)ontstaat t.h.v de maag

7. We vergelijken 2 Curcuma voedingssupplementen:

PRODUCT A

Vulstof: microkristallijne cellulose, curcuminoïdencomplex (extract van Curcuma longa L., polysorbaat 80, ß-cyclodextrine – 32.65mg/tablet), glansmiddelen: hydroxypropylmethylcellulose, hydroxypropylcellulose, droog meloenextract (Cucumis melo LC. - 3.33mg/tablet), antiklontermiddelen: plantaardig magnesiumstearaat, siliciumdioxide, kleurstof: curcumine.
Elke Flexicur-tablet bevat 32.65mg OR100 curcumine-complex, equivalent aan 30 g curcuma dat 1200mg curcumines bevat.

PRODUCT B
 

 
Curcuma geconcentreerde extract 400mg (komt overeen met 2,8g plantenpoeder)
Zwart peper 5mg
Gehalte aan:
Curcumine 10mg


 

a) geef een voorbeeld van een situatie waarbij je deze curcuma-preparaten zou aanbevelen.

b) Wat denk je over de biobeschikbaarheid van de curcumine in beide producten?

c) product A werkt ongeveer ............ keer zwakker/sterker dan product B

d) dit product  is  zeker niet geschikt voor/vereist medisch toezicht:(omcirkel)

zwangeren-diabetici-hartpatïënten-patiënten met gal en lever problemen-nierpatiënten-patiënten met maagproblemen- patiënten met orgaan transpantaten

andere:.....................

e) dit product mag niet gecombineerd worden met:(omcirkel)

de pil- bloedverdunners- hartmedicatie- bloedsuikerverlagende medicijnen- andere:...............................

8. Product bespreking

Poeder van gedehydrateerde maïsstroop, geconcentreerd droog extract (10-15:1) van duivelsklauw (Harpagophytum procumbens (Burch.) DC. en Harpagophytum zeyheri Decne. - 400mg/3 tabletten), droge extracten van: zwarte aalbes (Ribes nigrum L. - 201mg/ 3 tabletten), moerasspirea (Filipendula ulmaria (L.) Maxim. - 201mg/3 tabletten), wilg (Salix alba L. - 201mg/3 tabletten), es (Fraxinus excelsior L. - 201mg/ 3 tabletten), maltodextrine, glansmiddelen: acaciavezels, plantaardige stearine, emulgator: glycerine, antiklontermiddelen: talk, siliciumdioxide, verdikkingsmiddel: carrageenaan
Afkomstig van de biologische landbouw - Gecontroleerd door Certisys BE-BIO-01

 Bespreek voor de 4 planten in vet aangeduid in de ingrediënten van dit product:

a) welke de gebruikte delen zijn

b) welke effecten naar de gewrichten toe je mag verwachten

c) op basis van welke actieve IS

d)welke belangrijke waarschuwingen je zeker moet meedelen aan de gebruiker van dit product
 


 


 

9. Tot welke groep IS behoren volgende verbindingen en geef een vb van een plant waarin deze voorkomen:

helenaline

apigenine glycoside

chymopapaïne

salicylaldehyde

harpagide

harpaoside

salicine


 

  •